Geloof doet leven!

24 juni 2021

Het evangelie van deze zondag is een nogal treurig verhaal. Het gaat over een ernstig ziek kind dat overlijdt. Jezus pakt de hand van het dode kind en zegt: “Talita Koemi”, “meisje, sta op”. De omstanders weten niet wat ze er mee aan moeten.

Natuurlijk weten wij al sinds onze kinderjaren dat alles wat leeft een­maal wegglijdt in de dood. Omdat we geen antwoord kunnen vinden op de vraag naar het waarom van de dood zoeken we vluchtwegen. We minimaliseren de dood. We zeggen dan luchtig tegen elkaar: Nou ja, de dood hoort nu eenmaal bij het leven. Mensen moeten sterven om plaats te maken voor de volgende generatie. Anderen hoor je zeggen: “Je blijft voortleven in je werk en in je kinderen”. Zo troosten wij elkaar. Maar dit soort troost is maar een halve troost. Want wat blijft er van dat soort argumenten over als de dood jouw leven treft? Als je je man, vrouw, kind of vriend ziet wegglijden achter de grenzen van de dood? Ook Jezus minimaliseert de dood niet. Hij neemt de dood in zijn onverbiddelijke ernst. Hij huilt dikke tranen bij het graf van zijn vriend Lazarus. “En zijn gemoed schoot vol”, zegt Johannes.

 

Maar als Jezus het dochtertje van Jaïrus dood op het bed ziet liggen, dan zien we een heel andere Jezus. Hij zegt tegen de omstanders: “Waarom al dat gehuil en al dat geween, het kind slaapt alleen maar”. Het lijkt me een slechte vorm van troost? Als de omstanders aan wanhoop ten prooi vallen, zegt Jezus: “Ik ben de verrijzenis en het leven. Wie in Mij gelooft zal leven ook al is hij gestorven”. Een goedkoop onrealis­tisch antwoord? Vergeet het maar. In de Olijvenhof schreeuwt Jezus zelf met het doodszweet op zijn voorhoofd zijn hartgrondig “nee” tegen de dood. Ook Hij heeft met het leven geworsteld en het grondig liefgehad.

 

In Jezus is duidelijk geworden dat de dood niet van God komt. Hij heeft de mensen gemaakt om te leven. Leven is voor Hem: de dood zijn macht ontzeggen. Doodgaan is voor Hem: Opstaan bij het leven! En dat lezen wij deze zondag ook in de eerste lezing, in het boek Wijsheid: “Niet God heeft de dood gemaakt en Hij schept geen behagen in de ondergang van de levenden. Hij heeft hen geschapen voor de onsterfelijkheid”. De dood is daarom geen ondergang, geen val, maar een veredelde vorm van opstaan: een verrijzenis.

 

Pastor Piet de Jong
Landelinusgemeenschap

 

Meer columns

Veertigdagentijd

We bevinden ons nog steeds in de Veertigdagentijd. Het getal […]

Geplaatst: 17 maart 2023

Sportief worstelen

In veel kloosters en abdijen is het gebruik om een […]

Geplaatst: 10 maart 2023

Genoeg

Genoeg is een van de woorden die je karakteristiek kunt […]

Geplaatst: 3 maart 2023

Met carnaval schuilen bij Maria

Op carnavalszaterdag stonden drie carnavalsvierders in de Mariakapel. Helemaal uitgedost […]

Geplaatst: 23 februari 2023

Goochelen met getallen

De Vastentijd wordt ook wel Veertigdagentijd genoemd. Maar hij duurt […]

Geplaatst: 18 februari 2023

Feest

In onze recreatieruimte op het seminarie hing een mooie antieke […]

Geplaatst: 10 februari 2023

Water

Deze week is het 70 jaar gelden dat de watersnoodramp […]

Geplaatst: 3 februari 2023